Om hier antwoord op te geven is het belangrijk dat we eerst uitleggen hoe een sprong werkt. Elke sprong bestaat uit twee fases: de lastige- en de vaardigheden fase.
De lastige fase -de gele (app) of grijze (boek) balk in het sprongenschema- is het moment waarop de hersenontwikkeling plaatsvindt. Doordat je baby tijdens deze hersenontwikkeling anders tegen de wereld aankijkt lijkt het alsof je baby op een andere wereld wakker geworden is. En daar raken ze door van slag. Echter, wanneer ze gewend zijn geraakt aan deze nieuwe wereld, zullen ze nieuwe vaardigheden laten zien die bij de hersenontwikkeling horen: de vaardigheden fase, de groene (app) of witte (boek) balk in het sprongenschema.
Wanneer je baby vaardigheden laat zien is erg verschillend. Dit ligt ook erg aan de interesses van je kind. Het ene kind zal eerder motorische ontwikkelingen en later de spraak ontwikkelingen laten zien. Het andere kind precies omgekeerd. Je kindje bepaalt uiteindelijk wanneer hij/zij wat laat zien. Het leuke is dat je hiermee op vroege leeftijd het karakter van je kindje kunt ontdekken!
Sommige vaardigheden van bijvoorbeeld sprong 3 zal je kindje in sprong 3 laten zien, maar er zullen ook vaardigheden zijn die bij sprong 3 horen en je kindje pas in sprong 4 laat zien. Daarom is het niet belangrijk hoe lang een sprong duurt, maar vooral wanneer een sprong, en daarmee de hersenontwikkeling, begint.